STEVIA EN GEZONDHEID

Glycemische index

De algemene richtlijn is dat een GI van 55 of minder wenselijk is, en hoe lager de GI, hoe beter. Stevia bijvoorbeeld, heeft een glycemische index van nul, wat wil zeggen dat je je best zal moeten doen om een gezonder product te vinden.
Sucrose (suiker) daarentegen, heeft een GI van 100. Recente doorbraken in het onderzoek naar diabetes hebben aangetoond dat de ziekte waarschijnlijk niet wordt veroorzaakt door suiker zelf, maar door het feit dat het veel koolhydraten bevat.
Dus, als je diabeet bent, vermijd je best alle voedsel- en dranksoorten met een GI hoger dan 55.

Product onder de loep: Stevia, (on)geschikt?

Dit kruid verovert als zoetstof stormenderhand de wereldmarkt. Maar wat zegt de wetenschap hierover?

De echte zoetekauwen onder ons klinkt het als muziek in de oren: stevia is het perfecte alternatief voor suiker en kunstmatige zoetstoffen als aspartaam. Het kruid is natuurlijk (het komt van een kleine Zuid-Amerikaanse groenblijvende heester), is driehonderd maal zoeter dan kristalsuiker en volledig calorieloos. Het zou zelfs gezond voor ons zijn, doordat het hoge bloeddruk en een hoog bloedsuikergehalte kan verlagen, het immuunsysteem kan versterken en het zou ook nog eens ontstekingsremmend zijn.
Maar ook bestaan er zorgen over de veiligheid en in sommige landen – waaronder Groot-Brittannië en Nederland – is het verboden of is het gebruik aan banden gelegd.
Kortom, hoe zit het nu precies met deze plant?

Calorie-inname
Stevia is de gangbare naam voor het zoet smakende extract van de bladeren van Stevia rebaudiana, een Zuid-Amerikaanse plant die sinds mensenheugenis gebruikt wordt als zoetstof en als medicijn. Hoewel de naam tevens op de hele plant slaat, is het dit extract – ook wel steviolglycosiden genoemd – dat in reformwinkels en op internet wordt verkocht onder de naam stevia. Het wordt in toenemende mate gebruikt ter vervanging van suiker in verschillende soorten voedsel en drank.
Stevioside en rebaudioside A zijn de meest gebruikte steviolglycosiden en ze zijn beide wetenschappelijk onderzocht. De consument lijkt de voorkeur te geven aan de zoete smaak van rebaudioside A1, maar het is stevioside dat het gezondheidsprofijt zou opleveren. Amerikaanse onderzoekers hebben onlangs de effecten van stevioside bij gezonde en bij obese proefpersonen afgezet tegen de effecten van aspartaam en sucrose (gewone tafelsuiker). Daarbij werden de deelnemers in drie groepen verdeeld. Een kreeg vóór de lunch en het avondeten een tussendoortje met stevioside van 290 calorieën, een met aspartaam (290 calorieën) en een met sucrose (493 calorieën). Na afloop werd de totale voedselinname tijdens lunch en diner, alsmede het gevoel van honger of verzadiging gemeten. De onderzoekers constateerden dat de deelnemers significant minder calorieën binnenkregen via de met stevioside of aspartaam gezoete tussendoortjes (ten opzichte van sucrose), en dat ze dat later niet compenseerden door bij de lunch en het avondeten meer te eten. De verzadiging na afloop was in alle drie de gevallen gelijk. Daaruit valt af te leiden dat het gebruik van een suikervervanger in het dieet een goede manier is om minder calorieën te eten.

Diabetes
De meest interessante uitkomst was echter dat alleen stevioside zowel het bloedsuiker- als het insulinegehalte verlaagde, wat het tot een uitstekend middel maakt bij diabetes2. Extracten van S. rebaudiana worden sinds lange tijd in Zuid-Amerika gebruikt als medicijn bij diabetes3 en stevioside bleek in veel studies een positief effect te hebben op het glucosemetabolisme.
In een klinisch onderzoek van twaalf patiënten met diabetes type 2 kwam naar voren dat een standaard-testmaaltijd – verrijkt met één gram stevioside (met als controle één gram zetmeel) – het bloedsuikergehalte met 18 procent verlaagde. ‘Stevioside is nuttig voor de behandeling van type 2 diabetes’, zo luidde de conclusie van de onderzoekers. Een ander onderzoek – bij ratten, dus niet per se van toepassing op mensen – toonde aan dat stevioside een aantal antidiabetische effecten heeft, zoals een stimulerend effect op insuline en verlaging van het bloedsuikergehalte.

Hart en vaten
Stevioside heeft ook een uitwerking op het cardiovasculair systeem (hart en bloedvaten). In een aantal dierstudies bleek dat het antihypertensief (bloeddrukverlagend) werkt. Daarop besloten wetenschappers uit Taiwan het middel uit te testen op mensen die leden aan hoge bloeddruk. Daarbij kregen 106 mannen en vrouwen in de leeftijd van 28 tot 75 drie maal per dag een capsule die ofwel 250 mg stevioside bevatte – een hoeveelheid zoetstof die normaal gesproken per dag wordt gebruikt – of een placebo. Zij werden een jaar lang maandelijks gevolgd. Na drie maanden waren in de steviosidegroep zowel de systolische als de diastolische waarde significant gedaald en dit effect hield het hele jaar aan. Er werden geen bijwerkingen gemeld.
Een andere studie – waarbij twee jaar lang drie maal daags een dosis van 500 mg werd gebruikt – wees uit dat stevioside bij hypertensiepatiënten niet alleen de bloeddruk verlaagde. Ook de kwaliteit van leven – gemeten aan de hand van een gestandaardiseerde vragenlijst – verbeterde.

Tegengeluiden
Een heel ander geluid kwam onlangs van een team wetenschappers, dat constateerde dat drie maanden gebruik van 250 mg stevioside drie maal daags geen effect had op bloeddruk en bloedsuiker bij patiënten met diabetes type 1 en 2, en evenmin op niet-diabetici met een normale tot lage bloeddruk. Dit zou kunnen betekenen dat stevioside alleen werkt bij abnormaal hoge bloeddruk- en bloedsuikerwaarden, al verklaart dat nog steeds niet het gebrek aan effect bij diabetici.
Voor rebaudioside A ligt het verhaal anders. Regelmatig gebruik van een dosis van 1000 mg/dag verlaagde noch het bloedsuikergehalte, noch de bloeddruk bij patiënten met diabetes type 2, zo toonde een studie van zestien weken aan. Uit een reageerbuisonderzoek van cellen uit de eilandjes van Langerhans van de alvleesklier van muizen, bleek dat de glycoside een positieve rol kan spelen bij de behandeling van diabetes type 210, maar in een onderzoek bij ratten met diabetes type 2 werd aangetoond dat rebaudioside A geen enkel positief effect had, terwijl dat voor steviodose wel was gevonden.

Ontsteking en kanker
Naast de gunstige effecten die al genoemd zijn, blijkt stevioside bij mensen ook ontstekingsremmend en tegen kanker te werken, en een regulerend effect op het immuunsysteem te hebben3. Stevioside noch rebaudioside A tast het gebit aan – in tegenstelling tot suiker. Omdat deze conclusie alleen gebaseerd is op laboratorium- en dieronderzoek hoeft dit niet voor mensen te gelden.

Een veilig middel?
Of onze gezondheid nu wel of geen baat heeft bij stevia is één vraag. De belangrijkste vraag is echter hoe veilig dit is als calorievrije vervanger van suiker. Door de al langer bestaande discussie over zoetstoffen als aspartaam en saccharine en hun mogelijke relatie met kanker, denken velen dat suiker wellicht het minste van alle kwaden is. Is stevia dan echt een betere keus?
Ook in dit geval is niet iedereen overtuigd van de veiligheid, ondanks het feit dat stevia een natuurlijk middel is. In sommige landen is het daarom verboden. Ook in Nederland mocht stevia lange tijd niet oraal worden gebruikt. De voornaamste zorg – die voortkomt uit vroeger dieronderzoek met een metaboliet (stofwisselingsproduct) van stevia – is dat het kanker, DNA-schade en vruchtbaarheidsproblemen veroorzaakt. Toch hebben meerdere wetenschappelijke studies de veiligheid aangetoond. Een ‘kritische analyse’ uit de VS vermeldt dat ‘noch stevioside, noch een derivaat daarvan bij inname een risicofactor vormt voor genetische schade’. Een andere analyse concludeerde dat stevioside ‘een lage giftigheidsgraad’ heeft en dat het veilig is bij gebruik als zoetstof. Ook rebaudioside A blijkt niet giftig, zelfs bij hoge doseringen.
Maar eventuele schadelijke effecten op de lange termijn zijn nog steeds onbekend, al is er tot op heden geen enkel klinisch onderzoek dat daarop duidt, afgezien van wat kleine bijwerkingen als duizeligheid en misselijkheid. Het feit dat stevia al tientallen jaren zonder enige noemenswaardige bijwerking wordt gebruikt in onder meer Japan wordt door sommigen als voldoende bewijs voor de veiligheid gezien.

Het Westerse standpunt
Pas nu beginnen gezondheidsinstanties in Amerika en Europa een milder standpunt in te nemen. Mogelijk vanwege het feit dat het bewijs voor de veiligheid toeneemt – en wellicht ook onder druk van zowel Coca-Cola als Pepsi-Cola, die stevia sinds kort als zoetstof gebruiken. In december 2008 kreeg rebaudioside A het predicaat GRAS – generally recognised as safe (algemeen als veilig erkend) – van de US Food and Drug Administration (FDA). Het blad en andere extracten van de steviaplant zijn slechts als voedingssupplement toegestaan.
In de EU is de plant momenteel nog verboden als zoetstof in voedsel en dranken. In Nederland is hij sinds het afgelopen najaar toegestaan als voedingsmiddel. Via internet en in gezondheidswinkels is stevia verkrijgbaar als onder andere kruidensupplement, en als toevoeging aan cosmetica, maar niet als zoetstof. In 1984, 1989 en 1999 onderzocht het Wetenschappelijk Comité voor de Voeding stevioside voor gebruik als zoetstof en concludeerde het dat het ‘toxicologisch gezien niet acceptabel’ was, vanwege gebrek aan gegevens om de veiligheid vast te stellen.
Volgens de nieuwste wetenschapsopvatting van de Europese Voedingsveiligheid Autoriteit hebben recente toxicologische testen aangetoond ‘dat steviolglycosiden niet toxisch zijn voor de genen, geen kanker veroorzaken en niet in verband worden gebracht met voortplantings- en ontwikkelingsstoornissen’.
Verwacht wordt dat de Europese Commissie begin dit jaar het groene licht zal geven voor het gebruik van stevia-extracten in voedsel en drank in de EU-lidstaten. In Frankrijk is sterk gezuiverd rebaudioside A (97 procent) al sinds september 2009 toegestaan. Toen was met succes een beroep gedaan op ontheffing voor een periode van twee jaar, vooruitlopend op de verwachte vrijgave door de EU.
Het ziet er dus naar uit dat wij nog veel van stevia zullen horen. Als we de gunstige effecten voor diabetici en het veiligheidsprofiel vergelijken met zoetstoffen als aspartaam, dan is dat alleen maar goed.